In de rubriek ‘Het Johannes de Heer-lied van…’ vragen wij bekende en minder bekende Nederlanders wat hun favoriete Johannes de Heer-lied is, hoe zij met dit lied en/of de liederen van Johannes de Heer in aanraking kwamen en zo volgen er nog een aantal vragen.
Inmiddels hebben we al heel wat mensen mogen interviewen!
Wij zijn hen dankbaar voor het inkijkje dat zij ons geven en hopen dat deze rubriek inspirerend en tot zegen mag zijn.
Veel leesplezier toegewenst!
Met vriendelijke groet,
Team ‘Prijs met Johannes de Heer’
Naam: Dr. André F. Troost
Leeftijd: 74
Kerkelijke achtergrond: Protestantse Kerk Nederland (PKN)
Wellicht kent u hem als: (emeritus) predikant binnen de PKN, auteur van verschillende boeken en liedteksten, e.a.
Geïnterviewd: januari 2023
Als u naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt,
welke Johannes de Heer-liederen spreken u dan het meeste aan?
Mij spreken vooral de liederen aan die ik ook aantref in kerkelijke bundels als het Liedboek voor de Kerken (1973) en de bundel Liedboek zingen en bidden in huis en kerk (2013). De overige liederen zing ik, eerlijk gezegd, nauwelijks of nooit, omdat ik de woorden erg gedateerd vind of al te zoet.
In tal van liederen kom ik bijvoorbeeld het woord ‘dierb’re’ tegen. ‘De dierb’re Heiland is nabij’, is er een voorbeeld van. Zo’n woord heeft echt z’n tijd gehad. Ik wed dat geen enkel schoolkind weet wat het betekent. En zo zijn er veel meer voorbeelden van qua taalgebruik gedateerde teksten, die mij de lust om te zingen snel doen vergaan.
Vaak speelt bij de waardering van liederen ook de melodie een grote rol: tamelijk veel melodieën in de bundel van Johannes de Heer zijn mijns inziens meer populaire deuntjes dan eredienst-waardige zangwijzen. Gelukkig geldt dat niet voor de liederen in de bundel die mij wel aanspreken! Een lied als ‘Ik wandel in het licht met Jezus’ zal ik niet snel zingen, alleen al vanwege de melodie. Ik rangschik die zangwijs, met zoveel draaiorgel-achtige passages, onder de rubriek ‘dijenkletsers’. Van de melodie van het lied ‘Eens als de bazuinen klinken’ geldt echter iets geheel anders: schitterend!
Op welk moment in uw leven kwam u in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
In mijn jeugd hadden we de bundel van Johannes de Heer in huis.
Johannes de Heer overleed in 1961. Heeft u (van thuis uit) iets meegekregen van zijn leven, activiteiten (o.a. tentsamenkomsten / zangbijeenkomsten), radio-uitzendingen, enzovoorts? Of ging dit aan jullie (ouderlijk gezin) voorbij?
Leven en werk van Johannes de Heer was bij ons thuis bekend en werd ook wel gewaardeerd, maar tot op grote hoogte golden bij mijn ouders al dezelfde overwegingen die ik persoonlijk hierboven formuleerde.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook u vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijkt u naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s u persoonlijk?
Bekering, geloof, verlossing en verwachting zijn ongetwijfeld bijbelse thema’s.
Toch leent het kerklied zich mijns inziens niet zo goed om deze thema’s te bespreken zoals je dat in een preek zou kunnen doen. Het kerklied is nu eenmaal geen berijmd dogma, maar vooral doxologie, lofprijzing.
Liedteksten die al te veel exegese of dogmatiek of ethiek bevatten, worden al snel op rijm gezette verhandelingen, die door een tekort aan poëtisch taalgebruik meer preek zijn dan kerklied.
Wat zou u eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen?
Niemand zal volledig tevreden zijn met welke liedbundel dan ook. Geen wonder, want de kerk is nu eenmaal een koor met vele stemmen. Ik kan mij goed voorstellen dat (met name) oudere christenmensen in ons land veel op hebben met de bundel van Johannes de Heer, maar we zullen er mee moeten leven dat er ook overtuigde christenmensen zijn die deze bundel om diverse redenen graag inruilen voor een meer eigentijdse bundel. We zouden vreemd opkijken als er anno nu nog gepreekt zou worden zoals voorgangers dat deden in de tijd van Johannes de Heer! Taal en theologie veranderen. Dat is nu eenmaal een proces dat al eeuwen duurt en wij doen er, mijns inziens, goed aan mee te bewegen, met behoud van het goede.
Naam: R.M. (Robert) Plomp
Leeftijd: 44
Kerkelijke achtergrond: Protestantse Kerk Nederland (richting: Gereformeerde Bond)
Wellicht kent u hem als: christelijk blogger, spreker, schrijver (van o.a. de boeken ‘ Nederlander met de Nederlanders’ en ‘ Geschapen om te regeren ’)
Geïnterviewd: 3 augustus 2022
Robert Plomp (1978) woont in Delft, is getrouwd met Nelleke Plomp met wie hij samen 3 kinderen heeft. Robert is lid van de ‘gereformeerde bonds’ gemeente Mattheüs in Delft, waar hij jarenlang jeugdleider en jeugdouderling is geweest. Sinds 1997 werkt hij als zelfstandige in de ICT. Na veel studie, zelfstudie en gesprekken is Robert Plomp gaan spreken en publiceren over theologische en christelijke onderwerpen die ook in zijn blog ‘vromepraatjes.nl‘ behandeld worden. Robert noemt zichzelf ‘progressief orthodox’.
Robert, als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt,
welk Johannes de Heer lied spreekt jou dan het meeste aan?
96 – Ik bouw op U, mijn Schild en mijn Verlosser
Dit lied leerde ik op de basisschool. De meester vertelde het verhaal van de 5 zendelingen die gedood werden door de stam aan wie ze het Evangelie wilden vertellen. Ze wisten dat de stam agressief was, maar toch wilden ze hen bereiken, en zongen dit lied toen ze op weg gingen. Ondanks dat werden zij vermoord. Later zouden hun vrouwen en zussen alsnog in contact komen met deze stam, hen het Evangelie vertellen, en velen zich bekeren.
Dat vond ik een indrukwekkend verhaal. Het vertrouwen op God dat niet uitgaat van het eigen welzijn, en zelfs blijft bestaan als God niet beschermt. De liefde voor de moordenaars van je geliefde, en de bijzondere manier waarop het plan ondanks alles uiteindelijk toch kan worden uitgevoerd. Het liet me zien dat het geloof in Jezus Christus geen goedkoop succesverhaaltje is. Het leerde me ook dat naastenliefde pas echt bestaat als je het aan je vijanden kunt geven.
Thuisgekomen leerde ik het lied meteen aan mijn ouders en broer en zussen.
Nog steeds vertelt mijn moeder af en toe hoe ik toen geraakt werd door dat verhaal.
Dankzij haar heb ik het waarschijnlijk ook onthouden.
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Op school en op de clubs van de kerk zongen we veel. Juf Adrie in groep 4 had een piano en het was een feest om met haar van alles te zingen. Ik wist niet welk lied waar vandaan kwam, maar als ik nu terugkijk zat daar ook veel Johannes de Heer bij. Meester Frank was dirigent van het kinderkoor van onze kerk en hij zong ook veel. Hoewel ik nooit lid werd van het koor (dat vond ik helemaal niks) vond ik het wel gaaf om met hem in de klas te zingen.
Johannes de Heer overleed in 1961.
Heb je (van thuis uit) iets meegekregen van zijn leven, activiteiten of radio-uitzendingen?
Of ging dit aan jullie (ouderlijk gezin) voorbij?
We zongen graag met elkaar, maar hadden het niet over de mensen die de liederen hadden geschreven. In onze hervormde context was Johannes de Heer ook niet iemand van wie de theologie werd aangehaald.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
Als kind groeide ik op in een gezin waar het christen-zijn enorm belangrijk was en is.
Mijn moeder bezocht veel vrouwendagen en luisterde vaak naar toespraken en lezingen van vrouwen bij de EO. Daar was ze zo enthousiast over dat ik het aan haar kon zien.
Het geloof was daardoor erg belangrijk voor mij als kind. Als 16-jarige werd ik actief lid van de jeugdvereniging. Het kinder-geloof werd daar een volwassen-geloof. Door met leeftijdsgenoten door te praten en door te denken ging ik automatisch reflecteren, en begrijpen en geloven dat het Evangelie ook over mij persoonlijk gaat.
Terugkijkend denk ik dat ik altijd christen was, mijn kinder-geloof was eerlijk en oprecht, en daardoor hoorde ik toen al bij Jezus, Hij had me al vrijgemaakt. Maar het is denk ik goed en belangrijk dat er ook een periode kwam waarin ik leerde dát Hij mijn persoonlijke Verlosser is, en dat ik Hem nodig heb voor vergeving en het leven.
Als twintiger heb ik me veel beziggehouden met Openbaring en de wederkomst. Toen heb ik ook gelezen wat Johannes de Heer hierover schreef, maar daar kon ik niet in meekomen.
Mijn eigen bijbelstudies leidden tot een uitleg dat het duizendjarig-rijk een metafoor is voor de periode waarin de Kerk kan groeien en de duivel, die het liefst de eindstrijd tegen Christus en Zijn Kerk direct al in de 1ste eeuw begonnen zou zijn, gebonden is.
Lang was ik er van overtuigd dat ik Jezus tijdens mijn leven terug zou zien komen, en keek daar erg naar uit. Op een dag droomde ik er zelfs heel realistisch over, dat was prachtig. Nu ik wat ouder word merk ik dat het persoonlijk mee willen maken van de wederkomst minder belangrijk voor me is geworden. Misschien is dat ook wel het proces van het aanvaarden van mijn eigen sterfelijkheid. Maar dat er een dag komt waarop Jezus terugkomt en het recht op aarde herstelt, en voor altijd onze Koning is, dat is van wezenlijk belang voor mij.
Op jouw blog / website ‘Vrome praatjes’ staan kernwoorden vermeld waarop de lezer kan zoeken. Wij pikten er een aantal woorden uit die we ook terugvinden in de zangbundel van Johannes de Heer.
We plaatsten ieder woord in de context van een Johannes de Heer-lied.
Aan jou de vraag om bij ieder woord, dat in een bepaalde context is geplaatst, een korte reactie te schrijven (het eerste dat in je opkomt)!
ALLEEN (JdH-150 couplet 3) ‘Als soms vrienden ons verlaten’
De Naam van God is “Ik Ben” en “Ik Ben Erbij”. God die ons opzoekt in onze tijd en context is een belangrijk thema in mijn publicaties. Het spoort mij ook aan om op mijn beurt de mensen van onze tijd te zoeken in hun tijd en context. Daarom heet mijn 1ste boek ook “Nederlander met de Nederlanders”. Als vrienden ons verlaten, Hij is bij mij!
BIJBEL (JdH-108a) ‘Woord van God dat in ’t verleden / het heden / de toekomst’
Hoe meer ik lees en studeer in de Bijbel, hoe meer ik er van onder de indruk kom. De Bijbel is tijdloos, in tegenstelling tot alles wat christenen ooit schreven en deden. In elke tekst en elk hoofdstuk ontwaar ik meer en meer de Heilige Geest.
CHRISTUS (JdH-496) ‘Christus, onze Heer verrees’
Halleluja! Als Jezus niet zou zijn opgestaan dan zullen wij ook niet opstaan en is ons geloof zinloos!
DOOD (JdH-19 couplet 3) ‘Daar (in de toekomst, bij Christus) is geen dood, geen rouw’
Het denken over het leven op de nieuwe aarde legt mijn gedachten nog weleens in de knoop. Je kunt bijvoorbeeld écht genieten ná het overwinnen van tegenslag, moeite en strijd.
Daarom geloof en hoop ik dat de nieuwe aarde geen idylle is; geen luilekkerland.
Geen utopisch gebeuren waarin je met een rietje drijft op een limonaderivier.
Op de nieuwe aarde is de dood volgens mij niet afwezig; de dood was altijd al een onderdeel van Gods schepping. Het leven is als Gods gift aanwezig, zoals de boom van het leven in het paradijs. Twaalf levensbomen waarmee God ons de vrucht van het leven geeft!
Daar kijk ik naar uit. Gods schepping is zo enorm groot en mooi, ik heb een eeuwigheid nodig om het hele heelal te ontdekken!
GEEST (JdH-300) ‘Geest van God, maak in dit uur, al Uw kind’ren vrij’
Ik hoop dat de Heilige Geest in onze harten woont en ons vrijmaakt van het idee dat wij alles weten, snappen en kunnen.
GELOOF (JdH-543) ‘k Heb geloofd en daarom zing ik’
Bij mij is het meestal andersom; zingen helpt me om (weer) te geloven!
GENADE (JdH-140 refrein) ‘Genade Gods, zo rijk en vrij,…’
Paulus schrijft: “Uw genade is mij genoeg”. Nu heb ik best een hoop wensen en verlangens, maar als het puntje bij paaltje zo is dat daar allemaal niets van uitkomt, maar Gods genade wel volledig is, dan is de rest onbelangrijk. Maar doordat ik leef in een tijd van atheïsme, en het bestaan van God en dus van Zijn genade, telkens onder druk staat, wordt ik toch telkens weer door die bijzaken afgeleid. Misschien dat het daarom ook zo mooi is om uiteindelijk echt voor Gods troon te staan, en Hem te zien zoals Hij is!
GOD (JdH-533) ‘God is tegenwoordig!’
Dat is wie Hij is! Hij is bij ons!
IDENTITEIT (JdH-303 couplet 3) ‘Ik, onrein, in schuld verloren, ben in U opnieuw geboren!’
Onze postmoderne identiteit lijkt te liggen in onze standpunten en in hoe we denken.
Daarom strijden we ook zo over onze standpunten. Mensen, ook christenen, willen anderen belemmeren en in een hokje stoppen vanwege hun gender, hun geaardheid, hun afkomst of hun ras. Door mensen op te willen sluiten in zo’n identiteit, dwing je hen om emancipatie te zoeken. Maar in Christus doet ons gender, onze geaardheid, onze status en onze afkomst er niet toe. Het christelijk geloof emancipeert ons niet in onze menselijke identiteiten, maar door ons daar helemaal los van te maken. Wie ik ben wordt alleen nog maar gedefinieerd door dat ik van Hem ben. Daarom is het belangrijk dat we in de kerk stoppen met deze seculiere identiteitsstrijd.
Het is jammer dat we hierin helemaal wereldgelijkvormig zijn geworden.
Dat is de schuld van de kerk in de 21ste eeuw.
JEZUS (JdH-650) ‘Jezus ga ons voor, op het levensspoor!’
Als ik Jezus zie, dan zie ik de vrucht van de Geest: mildheid, genade, geduld, liefde, etc.
De Kerk zal bloeien als we ook zo bekend zouden staan. Vanzelfsprekend wel met een stevig vermanende houding jegens de farizeeërs en schriftgeleerden in de kerk.
KERK (JdH-478) ‘Eén Naam is onze hope, één grond heeft Christus’ kerk’
Jezus Christus is de enige grond van de kerk. We zijn geen gereformeerde kerk of een evangelische, we zijn niet aan plaats of tijd gebonden, we zijn niet inclusief of exclusief, we zijn niet postmodern en ook niet middeleeuws of van net voor de verlichting. Er past maar één Naam op de kerk, en dat is die van Christus.
KWAAD (JdH-6) ‘Als de levensstormen woeden’ / ‘God zorgt, dat ook zelfs het kwade meewerkt, tot mijn eeuwig goed’
Dat is een geloofsuitspraak die we denk ik niet wiskundig moeten gaan toepassen op ons leven. Wij leven een leven waarin we onszelf los van God hebben gemaakt, dat maakt Hem niet machteloos, maar het zorgt er wel voor dat we zelf onze weg gaan, en daardoor ook het kwaad veroorzaken en ondergaan. Ondanks dat kwaad geeft God ons het eeuwig goed, maar ik wil niet doen alsof al het kwaad bij Gods plan hoort, of door God gebruikt wordt. Het meeste kwaad is gewoon ons kwaad, onze schuld en onze verantwoordelijkheid, al kunnen we die niet dragen.
LIEFDE (JdH-548) ‘Liefde was het, onuitputtelijk,…’ / ‘toen de Levensvorst Zijn bloed vergoot’
Het mysterie van God is dat Hij liever Zelf de verantwoordelijkheid droeg van ons kwaad, dan dat Hij ons de consequenties van dat kwaad liet ondergaan. Dat kan alleen doordat God echt zoveel van ons mensen houdt.
MENS (JdH-70 refrein) ‘God heeft in de mens behagen’
Het is de heilige graal van de computer-wetenschap, het maken van een denkend, bewust algoritme. Als ICT’er begrijp ik dat (voor mij schijnbare) onmogelijkheid hiervan, maar ook de enorme satisfactie die het op zou leveren om iets te kunnen maken dat zo’n ziel heeft. God is enorm veel groter dan dat, en wat Hij heeft geschapen gaat elke vergelijking met een computer-algoritme te boven, toch kan ik als ontwikkelaar (en als vader) mezelf iets indenken van hoe enorm veel behagen het moet opleveren om echt zulke kinderen te kunnen scheppen.
Het is de onontkoombare consequentie van de ultieme intelligentie om zelf intelligentie voort te willen brengen. Daarmee wil ik God niet beredeneren, maar het helpt mij wel om iets van de grootheid van God te zien.
NAASTENLIEFDE (JdH-538) (stond in de bundel van 1905 tot en met de uitgave van 1940) ‘Heb als u zelf uw naasten lief!’
Als je bij je doen en laten niet alleen handelt vanuit je eigenbelang, maar ook dat van je naaste, dan ben je tot een zegen. Het is een eenvoudige levensles die wij kunnen begrijpen en proberen toe te passen. Met hangen en wurgen, maar het legt in ieder geval de verantwoordelijkheid bij onszelf. Als we denken Gods wet te kunnen begrijpen dan leidt dat niet tot het goede voor onze naasten, maar tot veel ellende en vooral discussies. Het bijzondere is dat het liefdesgebod niet ten koste gaat van ons eigen belang. Wij mogen bestaan, ik mag een belang hebben.
Jezus vraagt van mij alleen om dit belang net zo groot te maken als dat van mijn naasten.
Wat een genade.
SAMEN (JdH-98) ‘Samen in de Naam van Jezus’
Als wij als christenen één zijn dan laat dat de genade en de liefde van de Vader zien.
Zo zegt Jezus het in het hogepriesterlijk gebed. Elkaar een hand en een voet zijn, een ieder zoals hij / zij is. Met elkaar zijn we dan in staat om veel vrucht te dragen.
SCHEPPING (JdH-89) ‘Heer, onze God, die aard’ en hemel schiep…’
Het is vooral belangrijk dat wij God dienen als de Schepper van hemel en aarde, en niet verzanden in allerlei theorieën en discussies over hoe Hij die hemel en aarde schiep.
STERVEN (JdH-5) ‘Al de weg leidt mij mijn Heiland’ / ‘Troost geeft Hij tot in de dood’
De vloek van onze tijd is de maatschappelijke atheïstische vanzelfsprekendheid. Bij mij leidt dat regelmatig tot twijfel over de vraag óf die troostende God wel echt bestaat, of dat ik mezelf een illusie voorhoud. De dood is dan een donker, macaber toekomst-idee dat juist wordt veroorzaakt door de twijfel aan die troost. Wat er overblijft op dat soort momenten is dan de hoop dat die God, Die ik zo nodig heb, er ook werkelijk is.
TROUW (JdH-149) ‘Groot is Uw trouw, o HEER, mijn God en Vader’ én VERTROUWEN (JdH-133) ‘Hij die rustig en stil’ / ‘blijf maar rustig vertrouwen, altijd ziende op Hem!’
Gods trouw is, naast Zijn liefde, de kern van Wie Hij voor ons is. Hij zal nooit Zijn beloften breken. Volledige betrouwbaarheid is ongekend onder mensen. Gods trouw stempelt ons geloof.
Het christelijk geloof is het volledig vertrouwen op God én in het spoor van Jezus zelf ook betrouwbaar zijn. Op bepaalde momenten mag je daar best rustig en stil van worden, maar stil en lijdzaam het leven ondergaan is volgens mij geen christelijke houding.
VERDRIET (JdH-19 refrein) ‘Geen smart meer daar omhoog’
Geen echte, diepe smart. Maar ik hoop af en toe wel een wedstrijdje korfbal te kunnen verliezen op de nieuwe aarde en daar van te kunnen balen. Verdriet is ook een mooie emotie, het toont ons dat wij waarde kunnen hechten aan wat God ons geeft.
VRUCHTEN (JdH-666) ‘Laat m’ in U blijven, groeien, bloeien’
Liefde, blijdschap, vrede, geduld, mildheid, etc. Dat zijn de vruchten van de Geest; daarin hoop ik te blijven groeien. Het is opmerkelijk hoe de christelijke groei niet slechts zit in het beter leren kennen van Gods wil, maar in deze eenvoudige eigenschappen die we mogen ontvangen.
Je kunt ze niet eens aan jezelf geven. Desondanks zie ik ze vaak bij mijn medechristenen.
ZONDE (JdH-542) ‘Wilt gij van zonde en schuld zijn verlost?!’
Ooit gooide ik als tiener op een feest een hele tafel om; overal scherven en drank. Ik schaamde me kapot. Ik was ook nog eens één van de jongsten. Maar toen zei één van de oudere jongens die in de buurt stond: ‘Mijn schuld, ik deed het! Sorry!’ en hij begon het op te ruimen.
Ik was zomaar ineens van mijn schuld en schaamte verlost en een ander ging het opruimen.
Wat ontzettend fijn om zo bevrijd te worden! Met veel plezier heb ik hem geholpen met opruimen.
Robert, wat zou je tot slot nog willen zeggen?
Jaag naar de vrucht van de Geest! Jaag naar de liefde. Niet naar kennis, kunde, begrijpen, dat leidt allemaal nergens toe. Het Koninkrijk van God zit in de liefde van Jezus en de vrucht van de Geest.
Al het andere wordt ons wellicht toegeworpen.
Naam: Ine Voorham
Leeftijd: 75 (geboren in Den Haag)
Kerkelijke achtergrond: Kerkgenootschap Leger des Heils
Wellicht kent u haar als: luitenant-kolonel binnen het Leger des Heils /
destijds directeur van Stichting Leger des Heils Welzijns- en Gezondheidszorg (2000 tot 2011).
Interview afgenomen: mei 2022
Deze keer interviewen we luitenant-kolonel Ine Voorham.
Ine groeide op in een niet kerkelijk gezin en kwam rond haar 18e in aanraking met het Leger des Heils en met het Evangelie. Ine werkte op een laboratorium als medisch analiste en daar werkte een administratief medewerkster die heilssoldate was. Deze collega vertelde Ine op een dag dat men binnen het Leger des Heils, door een samenloop van omstandigheden, mensen nodig had die wat binnen het jeugdwerk wilden doen. Ine bood aan wel te willen helpen.
Ine vertelt: “Een paar weken later zat ik iedere zaterdag tussen een groep padvindsters. Ik had geen kennis van de padvinderij en ook niet van het geloof; ik ging daarnaartoe om met een groep meisjes een leuke middag te hebben en zo kwam van het één het ander. Ik leidde op een gegeven moment ook een Pinksterkamp op het terrein bij het clubhuis. Ik mocht aan het programma een vrije invulling geven, maar één van de eisen was wel dat we ’s zondags naar de samenkomst van het Leger des Heils gingen, hetgeen ik logisch vond; het was immers een kamp van het Leger des Heils. Ik hoorde tijdens de samenkomst het Pinksterverhaal (dat niet direct het meest toegankelijke verhaal is) maar toen ik de samenkomst verliet, had ik toch het gevoel van ‘dit heeft ook iets met mij te maken!’ Zo ben ik langzaam maar zeker de samenkomsten van het Leger des Heils gaan bezoeken en daar ben ik na een tijdje tot bekering gekomen.”
Ine, als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt,
welke Johannes de Heer liederen spreken jou dan het meeste aan?
478 – O Jezus, laat Uw heilig vuur (dit lied is vanaf de 1e uitgave in 1905 tot en met de 14e uitgave in 1940 opgenomen geweest in de zangbundel van Johannes de Heer. Vanaf 1947 werd dit lied om onbekende redenen weggelaten uit de zangbundel. Jaren later kwam er een ander lied onder dit nummer te staan: ‘Een Naam is onze hope’.)
Ine zegt over het lied ‘O Jezus, laat Uw heilig vuur’ het volgende:
“Ik heb dit lied destijds binnen het Leger des Heils leren kennen. (Bundel: Liederen van het Leger des Heils, de vorige editie van 1985, lied nr. 221)
De strekking van dit lied spreekt mij ontzettend aan. Het gaat over ‘het heilig vuur’, dat vind ik ook het betrokken zijn van Jezus bij buitengesloten mensen; uitgestotenen in de samenleving. En dan de weerspiegeling daarvan: ‘laat Uw heilig vuur mijn hart vervullen in dit uur’ (zo zingen wij het binnen het Leger des Heils).”
166 – Grijp toch de kansen door God u gegeven!
“Het refrein van dit lied spreekt mij aan:
Niets is hier blijvend, niets is hier blijvend, alles, hoe schoon ook, zal eenmaal vergaan;
maar wat gedaan werd uit liefde tot Jezus, dat houdt zijn waard’ en zal blijven bestaan.”
Was die wetenschap, dat alles wat gedaan wordt uit liefde tot Jezus zijn waarde behoudt en zal blijven bestaan, de drijfveer tijdens al jouw werkzaamheden tot nu toe?
“Nou ik denk dat de drijfveer altijd weer is; Gods liefde en de nood van de ander. Het is een combinatie van oog hebben voor de kwetsbaarheid van de ander én er daar waar mogelijk voor zorgdragen dat de materiële nood wordt geledigd,… waarbij het de liefde van Jezus is die ons, en die mij persoonlijk, drijft om dat te doen.”
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
“Deze liederen leerde ik eigenlijk pas bewust kennen binnen het Leger des Heils, toen ik daar de samenkomsten begon te bezoeken.”
Johannes de Heer overleed op 16 maart 1961. Jij was toen ongeveer 15 jaar oud.
Heb je (van thuis uit) iets meegekregen van zijn leven, activiteiten (o.a. tentsamenkomsten / zangbijeenkomsten), radio-uitzendingen, enzovoorts?
Of ging dit aan jullie (ouderlijk gezin) voorbij?
“Dit ging thuis aan ons voorbij, mede omdat wij van thuis uit niet kerkelijk waren.”
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
“Ik denk dat één van de kenmerken van de verkondiging binnen het Leger des Heils de boodschap is dat het om jou persoonlijk gaat en niet om een groep.
Het gaat om jouw persoonlijke relatie ten opzichte van God en de bemiddelende rol van Zijn Zoon Jezus Christus waardoor de weg tot God vrij toegankelijk is voor een ieder die daar vrijmoedig gebruik van wil maken.
Daarnaast denk ik dat het bijzonder is, dat wij in een tijd leven waarin een groot deel van de heilsgeschiedenis is geëffectueerd. Daarmee bedoel ik dat het meeste al heeft plaatsgevonden en dat wij ons, op de tijdlijn, in het laatste stuk van het heilsplan mogen bevinden.
Dat geeft de rijkdom dat wij vanuit de overlevering de profetieën van de profeten en die van de Heere Jezus kennen en weten dat God, na Jezus’ hemelvaart, de Heilige Geest als Trooster heeft gezonden Die bij ons is tot de dag dat Jezus Christus weder zal komen.
In die fase leven wij en daartoe proberen wij ons te verhouden.
Als ik de bovengenoemde twee punten zo zie dan vind ik dat er, ook als je naar de prediking binnen het Leger des Heils kijkt, nog een zeer essentieel punt ontbreekt: de heiligmaking.
Bekering is de eerste stap, een verandering, en daarna volgt het proces van heiligmaking en dat proces gaat ons hele leven lang door.”
Ine, je spreekt over de verwachting van Jezus’ wederkomst.
Johannes de Heer was in zijn leven druk bezig met thema’s als ‘de opname / de wegvoering van de Gemeente’, ‘de grote verdrukking’ en ‘het duizendjarig vrederijk’.
Hoe kijk jij naar deze thema’s?
“Ik vind dat altijd wat ingewikkeld. Als wij Gods Woord lezen, dan lezen wij deze dingen vanuit een aardse- en menselijke belevingswereld. Ik denk dat het heel mooi is om te kunnen geloven dat er een wederkomst zal zijn, dat er een nieuwe hemel en een nieuwe aarde zal zijn en dat alles wat nu ongemakkelijk en verdrietig is dan zal worden weggenomen.
Hoe dat zal zijn, daar kunnen wij ons geen voorstelling van maken. Dat gaat echt ons bevattingsvermogen te boven. Als we dat wel zouden kunnen, dan zouden we ‘aan God-gelijk’ zijn.
Ik vind het een geruststellend gevoel dat ik dat niet kan weten. Ik kan weten dát het er zal zijn. Ik geloof dat het goed, volmaakt en heerlijk zal zijn, maar hoé het zal zijn; geen idee!”
Dat is mooi, dat je het zo aan God kunt overgeven en het kunt loslaten. Schuilt daar anderzijds niet het gevaar in dat we te gemakkelijk langs deze thema’s opgaan?
“Dat ligt er denk ik aan hoe je jouw persoonlijke relatie tot God, en de verantwoordelijkheden die je hebt, interpreteert. Ik denk dat, als je serieus leeft, je voldoende hebt om over na te denken.
Hoe God het heeft bedacht, beschikt en zal vervolmaken kunnen wij niet weten.
Wat we wel weten is wat de Bijbel ons voorhoudt over hoe we moeten leven ten opzichte van God en onze naasten. Ik blijf denk ik iets dichter bij de realiteit, bij het hier en nu.
Daarmee bedoel ik, dat ik meer bezig ben met andere tekenen die ik om mij heen zie; dat anderen verdriet of nood hebben. Dat zij in ellendige omstandigheden verkeren. Ik denk dan aan het Bijbelgedeelte uit Mattheus 25, de verzen 35 tot en met 40.”
Want Ik had honger en u hebt Mij te eten gegeven; Ik had dorst en u hebt Mij te drinken gegeven; Ik was een vreemdeling en u hebt Mij gastvrij onthaald. Ik was naakt en u hebt Mij gekleed; Ik ben ziek geweest en u hebt Mij bezocht; Ik was in de gevangenis en u bent bij Mij gekomen. Dan zullen de rechtvaardigen Hem antwoorden: Heere, wanneer hebben wij U hongerig gezien en te eten gegeven? Of dorstig en te drinken gegeven? Wanneer hebben wij U als een vreemdeling gezien en gastvrij onthaald, of naakt en hebben U gekleed? Wanneer hebben wij U ziek gezien of in de gevangenis en zijn bij U gekomen?
En de Koning zal hun antwoorden: Voorwaar, Ik zeg u: voor zover u dit voor één van de geringste broeders van Mij gedaan hebt, hebt u dat voor Mij gedaan. (einde citaat)
Ine, wat zou je eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen?
“Zingen is zegenrijk: dat kun je met elkaar doen en dat lukt altijd (een gesprek soms niet).
En zingen jaagt de duivel op de vlucht, dus dat lijkt mij heel goed!”
Tot slot de tekst van het oude lied nr. 478 (dat tot 1947 in de Johannes de Heer-bundel stond).
1. O Jezus, laat Uw heilig vuur,
het koudste harte in dit uur,
doen gloeien tot Uw eer,
doen gloeien tot Uw eer.
O laat toch Uwe Heil’ge Geest,
Die G’ uitgoot op het Pinksterfeest,
vervullen ons steeds meer (5x).
2. Die Geest heeft mij tot Hem geleid,
en maakt mij nu steeds meer bereid,
voor d’ eeuw’ge heerlijkheid,
voor d’ eeuw’ge heerlijkheid.
En wat ‘k nu op den weg ontmoet,
ik weet Hij maakt het alles goed.
Ik prijs Zijn wijs beleid. (5x)
3. Die Geest, die altijd voor mij strijdt,
mijn hart vervult met zaligheid,
is meer dan goud mij waard,
is meer dan goud mij waard.
Geen schat op aarde is zo groot,
als deze Trooster in de nood,
Die ons Gods woord verklaart. (5x)
4. Die Geest, Die, als ‘k in zorgen zit,
in mij steeds tot de Vader bidt,
ja, bidt, zoals ’t behoort,
ja, bidt, zoals ’t behoort.
Prijs Jezus en Zijn dierbaar bloed,
Hij gaf die Trooster in ’t gemoed,
welzalig die Hem hoort,
welzalig die Hem hoort. (5x)
Een lied (of vertaling?) van Johannes de Heer gezet op een anonieme melodie uit de kringen van het Leger des Heils (Come, comerades dear, who love the Lord).
KLIK HIER om de melodie te horen.
En zo stond de tekst in de oude / vorige liederenbundel van het Leger des Heils:
Naam: Paul Brommet
Leeftijd: 72 (31-07-1949)
Kerkelijke achtergrond: Hervormd opgegroeid, nu Oud-Katholiek
Wellicht kent u hem als: pastoor binnen de Oud-Katholieke Kerk van Nederland
Interview afgenomen: januari 2022
Deze keer interviewen we Paul Brommet.
Paul groeide op in een Hervormd gezin maar vond dat bepaalde levensvragen en thema’s daar niet (of niets passend) werden beantwoord. Daarom liet Paul zich er destijds uitschrijven.
Paul was ergotherapeut bij het Leids Universitair Medisch Centrum, werkte bij de kinderbescherming, in de verslavingszorg en bij de jeugdreclassering.
De Oud-Katholieke Kerk sprak hem om meerdere redenen aan:
“De Oud-Katholieke Kerk wordt al eeuwen niet meer aangestuurd door het Vaticaan, vrouwen en lhbti’ers mogen er pastoor worden en priesters hoeven niet celibatair te leven.”
Paul raakte zo betrokken bij de kerk, dat hij op zijn 56ste theologie ging studeren en vlak voor zijn 60ste werd hij diaken.
Kort daarop werd hij tot priester gewijd en raakte hij werkzaam als pastoor in Leiden.
Zijn priesterschap in Leiden betrof een deeltijdbaan waarnaast Paul graag pastoraal werk wilde doen.
“Ik wilde er zijn met open ogen, open oren en een open hart. Ik wilde het verhaal van de daklozen op de voorgrond stellen en op het moment dat dat zinvol was heb ik het verbonden met het verhaal van God, want ik was en blijf natuurlijk wel pastor!”
Paul, als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt,
welk Johannes de Heer lied spreekt jou dan het meeste aan?
‘Heilig, heilig, heilig’ (JdH-961) gebruikte ik tijdens de diensten voor het straatpastoraat als vervanging van het ‘Heilig, heilig, heilig’ uit het misgezangenboek.
‘Dankt, dankt nu allen God’ (JdH-156) was dan altijd mijn vaste slotlied in de diensten voor dak- en thuislozen.
Een ander bekend lied voor mij, is lied 724 ‘Grote God, wij loven U’.
Dit lied kende ik uit mijn jeugd.
Mijn vader was legerpredikant en in de Protestantenbond, waar wij toen kerkten, werd dit lied vaak als openingsgezang gezongen.
‘De Heer is mijn Herder!’ (JdH-493 / Psalm 23) is ook een lied dat ik graag zing!
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Als straatpastor organiseerde ik maandelijks een kerkdienst voor de doelgroep.
Al snel bleek dat veel bezoekers bekend waren met de liederen van Johannes de Heer.
Ik ontmoette een pianist die daarmee ook goed bekend was. Ik ben toen in mijn diensten vooral liederen uit die bundel gaan gebruiken. Ik zocht echter wel zoveel mogelijk liederen die ook in andere kerk-liedbundels stonden. Zo was er voor ‘elk wat wils’.
Vanwege de herkenbaarheid gebruikte ik op bepaalde momenten in de dienst vaste liederen, zoals ik eerder al nader toelichtte.
Dat zal velen verwonderd hebben: liederen uit een protestants-evangelicale liedbundel die worden gezongen tijdens een eucharistieviering.
Ik heb geleerd dat je daar moet zijn waar de ander is.
Als de ander, in mijn geval dak- en thuislozen, bekend zijn met bepaalde liederen, dan is het zaak om daar ook te zijn. Ook al klinken de teksten in de oren van sommigen soms wat oubollig, het gaat om de stem van het hart.
Wat is er mooier dan met overgave te zingen, met teksten die je kent; om zo uitdrukking te geven aan je geloof en Godsvertrouwen?!!
Johannes de Heer overleed op 16 maart 1961.
Heb je (van thuis uit) iets meegekregen van zijn leven, activiteiten of radio-uitzendingen?
Of ging dit aan jullie (ouderlijk gezin) voorbij?
Thuis spraken we niet zoveel over het geloof en over de kerk.
Johannes de Heer was wel bekend, maar werd, zo herinner ik mij, afgedaan als toch wat oubollig qua teksten. In de verzuilde samenleving van de jaren ’50 en ’60 van de vorige eeuw werd al gemakkelijk gezegd: ‘o, dat is Leger des Heils-muziek’ of ‘dat is typisch voor katholieken’ (‘die zijn van het houtje’).
Ik heb echter geen idee bij welke zuil mijn ouders zichzelf en het gezin indeelden.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s?
Voor ons Oud-Katholieken, en voor mij persoonlijk, is de persoonlijke verantwoordelijkheid belangrijk. Als ‘beroepsgelovige’ probeer ik te leven met het Evangelie als leidraad.
Ik maak daarbij mijn eigen keuzes en volg daarin mijn geweten.
De opdracht die Jezus ons geeft is niet altijd zo eenvoudig: heb uw vijanden lief, anderen vergeven, opkomen voor zwakken, enzovoorts.
Het zijn allemaal dingen die je dagelijks tegenkomt.
Het Evangelie ligt op straat, maar we lopen er zo gemakkelijk aan voorbij.
Als straatpastor heb ik geleerd dat niet te doen.
Jezus heeft ons beloofd dat Hij eens zal wederkomen.
We weten niet wanneer en misschien is dat ook wel beter.
Zo blijft de hoop levend én de prikkel blijft aanwezig om steeds te proberen het goede te doen en niet alleen ervoor te zorgen ‘dat je eigen straatje schoongeveegd is’.
Naam: Marjo van Hal-van Lavieren
Leeftijd: 68 jaar (1952)
Kerkelijke achtergrond: Nederlands Hervormd (PKN)
Wellicht kent u haar als: gastvrouw bij ‘Prijs met Johannes de Heer’
Interview afgenomen: november 2021
Marjo, als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt,
welk Johannes de Heer lied spreekt jou dan het meeste aan?
Lied nr. 256 – Als op ’s levens zee de stormwind om u loeit.
Aan de eerste regel van het refrein heb ik goede herinneringen.
Het refrein van dit lied zegt:
Tel uw zegeningen, één voor één;
tel ze alle, en vergeet er geen,
tel ze alle, noem ze één voor één,
en ge ziet Gods liefde dan door alles heen.
Wanneer ik tijdens mijn puberteit wel eens ontevreden was, over bijvoorbeeld mijn kleding, dan sprak mijn moeder tegen mij: ‘Tel uw zegeningen!’ Dat vergeet je nooit meer!
Nu ik, na 20 jaar, persoonlijk opnieuw geconfronteerd wordt met kanker, put ik ook kracht uit dit lied. Mijn dagelijks leven wordt op het ogenblik beïnvloed door het ondergaan van chemokuren en controles. Daar komt bij dat mijn weerstand aan het afnemen is.
Dat betekent, vooral in deze tijd nu het coronavirus heerst, dat ik extra voorzichtig moet zijn met het ontmoeten van andere mensen.
Hierdoor word ik wel eens ongeduldig en ontevreden, maar gelukkig schieten mij op zulke momenten de woorden ‘Tel uw zegeningen!’ nogal eens te binnen.
En dan kom ik tot de conclusie dat er in mijn leven ook veel zegeningen zijn!
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Op de Zondagsschool, waar we onder andere Johannes de Heer-lied nr. 187 zongen:
’t Scheepke onder Jezus’ hoede en ook Kerstliederen zoals: Heerlijk klonk het lied der eng’len.
Vele jaren later ook in Amerongen, waar tot enige jaren geleden het Zendingsdiaconessenhuis gevestigd was. Daar bezochten Klaas (mijn man) en ik de Bijbelschool.
Ook daar werden liederen gezongen uit de zangbundel van Johannes de Heer en uit de bundel Opwekkingsliederen.
Als compleet gezin (samen met onze twee kinderen) gingen we ook een aantal keer naar de gezinsweekenden, die daar georganiseerd werden.
Deze vonden plaats op het terrein tegenover het Zendingsdiaconessenhuis, in het bos, in een Noorse blokhut genaamd ‘Bethanië’.
’s Morgens werden wij gewekt via de intercom door een lied uit één van de genoemde bundels.
Hier hebben onze kinderen het nog altijd over, laatst zei één van hen: ‘Weten jullie nog, dat je dan ’s ochtends gewekt werd en er door de gangen klonk ‘Er is een Heer! Er is een Heer!’
Tijdens de Vakantie Bijbel Week in Dodewaard, waar ik in het verleden als vrijwilligster meehielp, kwamen ook liederen uit de bundel van Johannes de Heer voorbij.
Onder andere: Abba Vader, ‘k Stel mijn vertrouwen en Dit is de dag!
Johannes de Heer overleed op 16 maart 1961. Jij was toen 8 jaar.
Heb je iets meegekregen van zijn leven, activiteiten of radio-uitzendingen?
Of ging dit aan jullie (ouderlijk gezin) voorbij?
Dit heb ik toentertijd niet echt meegekregen.
Wel hadden mijn ouders LP’s met Johannes de Heer-liederen en die werden nogal eens gedraaid.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s?
Dit zijn twee belangrijke pijlers in mijn geloofsleven.
Vanaf mijn jeugd ben ik gelovig geweest en in de loop der jaren groeide het besef dat Jezus Christus ook mij vrijmaakt van zonden.
De wederkomst van Jezus is voor mij een gebeurtenis waar ik mezelf eigenlijk geen voorstelling van kan maken, maar waar ik slechts gelovend op wil vertrouwen.
Wat zou je eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen?
Ik vind het bijzonder, dat de liederen van Johannes de Heer als een rode draad door mijn leven blijven lopen. Dat maakt deze liederen voor mij vertrouwd, blijvend en actueel.
Het is niet zo dat deze liederen mij slechts aan mijn jeugd doen denken, omdat ik er toen voor het eerst mee in aanraking kwam. Het is eigenlijk zo dat deze liederen mij vergezellen in mijn geloofsleven, op mijn levensweg: ze zijn van blijvende waarde gebleken.
Zo vind ik, juist ook in deze periode van ziek zijn, het lied ‘k Stel mijn vertrouwen bemoedigend.
‘k Stel mijn vertrouwen, op de HEER mijn God.
Want in Zijn hand ligt heel mijn levenslot.
Hem heb ik lief, Zijn vrede woont in mij.
‘k Zie naar Hem op en ik weet: Hij is mij steeds nabij. (JdH-970)



Naam: Jaap van Schaik
Leeftijd: 89 (16-07-1932)
Kerkelijke achtergrond: Nederlands Hervormd (PKN)
Wellicht kent u hem als: koster van de kerk in Hien en Dodewaard / wielrenner / vakman
Interview afgenomen: augustus 2021
Op de foto hierboven zien we dhr. J. Hommerson (links) die namens de Hervormde Gemeente van Hien en Dodewaard een tegel en een PKN-oorkonde uitreikt aan Jaap van Schaik (rechts) vanwege 60 jaar kosterschap.
(Foto: Nederlands Dagblad, 2020)
We zijn deze keer op bezoek bij Jaap van Schaik in Dodewaard.
Jaap is 89 jaar, staat iedere ochtend nog om 6:0uur op, fietst dan eerst 10 kilometer op zijn hometrainer, doet ademhalingsoefeningen en rond 6:30 uur begint hij naar eigen zeggen fit aan zijn ontbijt. Daarna wordt er één en ander in het huishouden gedaan waarna Jaap rond 9:00 uur in zijn schuur aan het werk gaat: hij vervaardigt zeer vakkundig de mooiste dingen uit hout.
Onlangs stapte hij weer op zijn wielrenfiets en fietste hij (naast de 10 km die hij ’s ochtends al fietste op zijn hometrainer) nog eens 40 kilometer. Dat plaatste het dagtotaal op 50 kilometer.
Jaap, als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt,
welk Johannes de Heer lied spreekt jou dan het meeste aan?
-Welk een Vriend is onze Jezus (150)
-Vaste Rots van mijn behoud (283)
-Ik wil zingen van mijn Heiland (657)
-Vol verwachting blijf ik uitzien (769)
-en nog veel meer…
Toelichting:
‘Welk een Vriend’ hebben we vroeger vaak gezongen.
‘Vaste Rots van mijn behoud’ was het lievelingslied van mijn overleden vrouw Ada.
Het is ook gezongen tijdens haar uitvaartdienst.
‘Ik wil zingen van mijn Heiland’ is ook zo’n mooi lied, uit die bundel.
‘Vol verwachting blijf ik uitzien’ hoor ik in gedachten nog klinken uit onze radio, als we vroeger naar Johannes de Heer luisterden. Hij had zo’n programma waarin hij ook regelmatig zong achter het harmonium. Hij had een heel typische, eigen manier van zingen: met een nadrukkelijke klemtoon op bepaalde woorden.
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Hoe muziek, meerdere instrumenten én de bundel van Johannes de Heer in ons leven een belangrijke plaats innamen heeft een hele voorgeschiedenis.
Mijn beide ouders zijn opgegroeid binnen familie ‘de Plaa’.
Deze familie ‘de Plaa’ had haar roots bij de Franse Hugenoten die omwille van hun (protestantse) geloof Frankrijk moesten ontvluchten.
Tot 1710 vertrokken meer dan 300.000 Hugenoten uit Frankrijk, waarvan er ruim 70.000 in Nederland aankwamen en bleven. Zo is ook familie ‘de Plaa’ (hetgeen waarschijnlijk een vernederlandste versie van een Frans geschreven achternaam is) in Nederland gekomen.
Eind achttienhonderd kwamen er twee broers ‘de Plaa’ vanuit het weeshuis van Neerbosch in Dodewaard terecht bij schapenboer Riem van Dorland.
Het ging om Jozias (Joost) en Willem Hendrik (Willem) de Plaa.
Jozias en Willem de Plaa
Mijn moeder groeide door omstandigheden op in het (pleeg)gezin van Jozias de Plaa.
Jozias was onder andere mede-oprichter van- en dirigent bij Christelijke muziekvereniging Amicitia in Dodewaard (1903).
Mijn vader, wiens ouders in Andelst woonden, groeide op in het (pleeg)gezin van Willem de Plaa, een broer van Jozias.
De reden hiervoor was dat het huis van mijn grootouders heel klein was en er na de geboorte van mijn vader al vrij snel nog een kind op komst was.
Aangezien de kinderen niet goed gehuisvest konden worden werden mijn grootouders getipt dat ze mijn vader wel naar Willem de Plaa en zijn vrouw konden brengen; zij waren zelf kinderloos en hadden meerdere pleegkinderen.
Willem was werkzaam als timmerman en aannemer en hij was liberaler dan zijn broer Jozias.
Hij was mede-oprichter van muziekvereniging Kunst na Arbeid in Dodewaard (1904).
‘Tante Heintje’ (zoals wij de vrouw van Willem de Plaa noemden) begon zich erg aan mijn vader te hechten en zij zei tegen Willem: ‘ga naar Andelst en ga bij familie van Schaik zeggen dat ze hun jongen op komen halen, anders begin ik me er teveel aan te hechten en kan ik hem niet meer missen’.
Daarop stapte Willem op zijn stoomfiets, ging naar Andelst en zei: ‘jullie krijgen de complimenten van mijn vrouw en ze kan ’t jong helemaal niet meer missen!’ (Dat zei hij op deze manier, omdat hij hem zelf eigenlijk niet meer kon missen en als een eigen zoon was gaan zien.)
Daarop zei het echtpaar Van Schaik: ‘hou hem dan maar bij jullie, want er is er hier weer eentje op komst!’ (Uiteindelijk zijn er 9 kinderen geboren).
Mijn vader bleef dus in het gezin van Willem de Plaa en groeide daar verder op.
Door deze geschiedenis begrijp je dat mijn beide ouders opgroeiden in een zeer muzikale omgeving. Er werden meerdere instrumenten bespeeld en toen mijn ouders later trouwden en in het huis aan de Groenestraat gingen wonen, bleef muziek een grote rol in hun (maar later ook in ons) leven vervullen.
Toen mijn broer en ik geboren werden, kwam er op een gegeven moment een harmonium / traporgel in huis en mijn broer Willy (voluit: Willem Hendrik Jozias = vernoemd naar Willem H. de Plaa, diens vrouw en de pleegvader van mijn moeder: Jozias) ging als eerste op orgelles.
Deze lessen ontving hij van juffrouw Tornga en later ook van de dirigent van Amiciatia; die nam dan een trein eerder, zodat hij voorafgaand aan de repetities van Amicitia eerst mijn broer orgelles kon geven. De bundel van Johannes de Heer verscheen al gauw op het orgel, maar we zongen ook ‘Sari Marais’ en ‘My Bonnie is over the ocean’, de hits van die tijd zeg maar!
Het harmonium stond daar achter het schuifraam (Jaap wijst naar de plek in zijn geboortehuis waar hij heden ten dage nog altijd woont) en als mijn broer dan speelde, dan schoven we het raam omhoog en dan stonden er buiten vrienden mee te zingen.
Mijn tante Mina had de bundel van Johannes de Heer ook op haar orgel staan en toen ds. Vreeswijk tijdens een huisbezoek opmerkte ‘dat die bundel niet goed was’ zei tante Mina: ‘welnu dominee, velen zijn door die bundel tot bekering gekomen!’
Ook ikzelf ging als achtjarig joch op orgelles en later ging ik bij muziekvereniging Amicitia. Daar speelde ik hoorn.
In de Tweede Wereldoorlog verdwenen er veel muziekinstrumenten en er raakte veel beschadigd.
Daardoor kon er een aantal jaar niet meer samen gemusiceerd worden.
Mijn broer Willy kwam op een dag thuis en hij vertelde dat er een Dodewaards Mannenkoor werd opgericht, zodat er in ieder geval samen gezongen kon worden.
Dit mannenkoor is in 1948, vanuit Amicitia, ontstaan.
Rond de jaren vijftig kon muziekvereniging Amicitia, mede na een grote collecte, een doorstart maken.
Ik maakte destijds ook zelf een gitaar waarop ik, onder andere tijdens feestjes en partijen, speelde.
Ik heb laatst een setje nieuwe snaren gekregen, die moet ik er nog opzetten.
Jaap, met de door hemzelf vervaardigde gitaar.
Johannes de Heer overleed op 16 maart 1961. Jij was toen 28 jaar.
Heb je iets meegekregen van zijn leven, activiteiten of radio-uitzendingen?
Of ging dit aan jullie (ouderlijk gezin) voorbij?
Jazeker kreeg ik iets mee!
In 1926 werden wij, in dit deel van Dodewaard, op elektra aangesloten.
Dat was vrij bijzonder, dat had nog niet iedereen.
Er kwam een stofzuiger (niemand in ons buurtschap Wely had toen nog een stofzuiger) en er kwam een radio.
Mijn vader verdiende dusdanig, dat deze dingen aangeschaft konden worden.
We luisterden altijd naar de programma’s van Johannes de Heer, die dan zong en sprak.
Johannes de Heer was ook mede-oprichter van de NCRV (Nederlands Christelijke Radio Vereniging) en mijn vader werd de eerste correspondent van de NCRV in Dodewaard.
Wij moesten in de omgeving de radiogids bezorgen bij de abonnees en dan kwam je soms een bezorger van een andere (niet christelijke) radiogids tegen die dan begon te schelden: ‘vieze lelijke christelijke!’ Ach ja.
Voor ene oude oom en tante werd er een huis naast ons gebouwd. Ze hebben er nog maar twee à drie jaar gewoond, toen zijn ze gestorven. Ook zij hadden een radio.
Toen in de Tweede Wereldoorlog alle radio’s ingeleverd moesten worden, leverde mijn vader de slechtste radio in (daarvan ontving hij een ondertekend ontvangstbewijs) en de beste radio hield hij achter. Er was niemand met twee radio’s, dus nu ons adres stond geregistreerd als ‘radio ingeleverd’ konden we rustig blijven luisteren naar onze tweede radio, al bleef het natuurlijk wel oppassen.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s?
De persoonlijke bekering:
Die persoonlijke bekering is in mij gegroeid.
Van jongs af aan maakte het geloof deel uit van ons dagelijks leven.
We gingen naar de kerk, we luisterden naar Johannes de Heer op de radio, we zongen liederen uit zijn bundel. Rond mijn eenentwintigste deed ik belijdenis van mijn geloof en werd ik lidmaat binnen onze kerk. Dat was in de tijd dat ik mijn vrouw Ada ook leerde kennen.
Van mijn schoonouders kreeg ik een mooi, klein psalm- en gezangenboekje dat ik nog altijd heb.
Ook zat ik vroeger jarenlang bij de padvinderij (dat noemen ze tegenwoordig ‘de scouting’).
Toen we in de oorlog in België geëvacueerd zaten, bezocht ik daar de padvinderij en later, na de oorlog, bezocht ik de padvinderij in Zetten. Ik zat bij de christelijke padvinderij en als ik kijk naar de padvinderij wet en de padvinderij belofte dan staat dat eigenlijk heel dicht bij de christelijke waarden en normen: trouw beloven aan God en vaderland, goed zijn voor anderen en hen helpen, etc.
De verwachting van de wederkomst:
Daar verlang ik naar!
Mijn vrouw Ada is mij al vooruit gegaan, naar Jezus. We waren 62 jaar getrouwd.
Soms zeggen mensen tegen een stervende: ‘nu ga je naar je man / vrouw toe…’
Dat vind ik eigenlijk vreemd, want Jezus staat centraal.
Men zou moeten zeggen: ‘nu ga je naar Jezus toe!’
Daarover zong Johannes de Heer: ‘Middelpunt van ons verlangen!’
Daar te zijn, bij Hem, in het eeuwige goede en volmaakte.
Jaaps vrouw Ada
Ada zong ’s avonds, als we gingen slapen, een psalm, gezang of Johannes de Heer-lied.
Soms viel ze na één couplet in slaap, soms zong ze er twee. Ik zong of neuriede altijd mee.
Het weekend dat Ada onwel werd en overleed vergeet ik nooit meer.
’s Zondagsavonds, uit de kerk, waren we nog koffie wezen drinken bij onze dochter.
’s Nachts werd ik wakker en hoorde ik beneden iets. Toen ik ging kijken vond ik mijn vrouw op de keukenvloer. In het ziekenhuis werd ze gedotterd en er werd een stent geplaatst. Het mocht echter niet tot haar herstel leiden. Ze lag in bed en zei: ‘kom maar even bij me liggen’.
Toen ik zei: ‘ga maar even rusten / slapen’ zong ze zacht de psalmregel ‘acht HEER, ach werd mijn ziel door U gered’. (Psalm 116:3) Daarna is ze overleden.
Ik mis haar ontzettend, maar vind het rijkdom als je zo tot God mag gaan!


Naam: Gees Albertus – van der Teems
Leeftijd: 74 jaar (1946)
Kerkelijke achtergrond: Hervormd (PKN)
Wellicht kent u haar als: koster van Hervormde Gemeente ‘De Rank’ / koorlid ‘Irene’ te Elden
Reactie ingestuurd: januari 2021
Als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt,
welk Johannes de Heer lied spreekt jou dan het meeste aan?
Op nummer 1 staat bij mij: ‘Ik wil zingen van mijn Heiland’ (lied 657)
Dit lied spreekt mij aan, zowel qua tekst als qua melodie!
Laatst hoorde ik dit lied weer bij ‘Nederland zingt’, daar komt dit lied regelmatig voorbij.
Blijkbaar spreekt het meerdere mensen aan!
Daarnaast denk ik ook aan liederen als:
-‘Al de weg leidt mij mijn Heiland’ (lied 5)
-‘Als g’ in nood gezeten’ (lied 7)
-‘Als ik maar weet dat hier mijn weg’ (lied 17)
-‘Een vaste Burcht is onze God’ (lied 413)
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Al op heel jonge leeftijd.
Mijn ouders zaten beiden bij de zangvereniging.
Dat maakte dat er ook thuis veel gezongen werd!
Wij hadden een zangbundel van Johannes de Heer en ook in de (toenmalige) Hervormde Kerk van Elden werd er in de jaren ’50 / ’60 regelmatig een lied uit de bundel van Johannes de Heer gezongen.
Mevrouw Meijering, die eigenlijk opgeleid was tot pianiste, speelde steevast orgel en zij liet, op de orgelstemmer na, niemand anders achter het orgel.
Op de zondagsschool zongen we uit het boekje ‘Wie zingt mee?!’
Daar stonden ook veel liederen van Johannes de Heer in.
Voor de basisschool in Elden moesten wij wekelijks een psalm of gezang uit ons hoofd leren.
Diegenen die niet mooi konden zingen moesten hun mond houden en het lied later opzeggen.
Toen mijn ouders in de Tweede Wereldoorlog moesten evacueren, zaten zij tijdelijk in Lunteren bij een familie in huis.
Later gingen wij daar nog regelmatig enkele dagen naartoe.
Deze mensen hadden een harmonium in huis en dan zongen we met ons allen bij dat harmonium, dat was prachtig!
Johannes de Heer overleed op 16 maart 1961. Jij was toen 15 jaar oud.
Heb je iets meegekregen van zijn leven, activiteiten, radio-uitzendingen, enzovoorts?
Wij luisterden vroeger als gezin thuis naar de NCRV-radio.
Specifieke uitzendingen van Johannes de Heer kan ik mij zo niet herinneren, al zal van hem regelmatig iets langsgekomen zijn.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
Als je van thuis uit bent opgegroeid en opgevoed met het christelijk geloof dan is het zo ‘vanzelfsprekend’.
Daar bedoel ik mee: ‘het is zo vertrouwd en het hoort er helemaal bij!’
‘Dat Jezus ook jou vrijmaakt’ ervaar ik ook in de zin van ‘dat Hij mij draagt!’
Ik denk wel eens: ‘als ik het geloof niet had, zou ik het dan allemaal wel zien zitten en in moeilijke situaties overeind blijven?!’
Jezus’ wederkomst is natuurlijk een fundamenteel onderdeel van het christelijk geloof.
Nu we middenin de coronacrisis zitten en ik om mij heen, maar ook op TV, zoveel ellende zie, dan denk ik wel eens: ‘…kom maar Heer Jezus!’
Dan zie ik uit naar dat moment waarop alles nieuw en volmaakt wordt.
Wat zou je eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen:
Dat het mij opvalt dat veel liederen uit de bundel van Johannes de Heer troostvolle liederen zijn!


Naam: Peter Kits
Leeftijd: 70 (16 maart 1950)
Kerkelijke achtergrond: Evangelisch / Hervormd
Vader was van de Vergadering der Gelovigen, moeder was Nederlands Hervormd
nu lid van de PKN gemeente (Gereformeerde Bond) in Elst (Utrecht).
Bekend van: ‘Het Zoeklicht’ / zijn LP’s en CD’s / e.a.
Reactie ingestuurd: november 2020
Als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt,
welk Johannes de Heer lied spreekt jou dan het meeste aan?
Lied 5: ‘Al de weg leidt mij mijn Heiland’ omdat dit lied als een rode draad door mijn leven loopt.
Lied 150: ‘Welk een Vriend is onze Jezus’ omdat dit lied een familielied is.
Bij elke gelegenheid werd dit gezongen: trouwen, houwen en afstaan aan de dood.
Later, in de nieuwe uitgaven, ook lied 985: ‘Mijn Jezus ik hou van U’.
Jarenlang is dit lied door mij gezongen: de tophit van de Muzikale Fruitmand. Het meest gevraagde lied!
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Bijna bij mijn geboorte. Mijn ouders zaten met handen en hoofd verbonden evangelisatiewerk.
Wat wil je ook: oom Jan Kits, oprichter van Het Brandpunt in Doorn en de Evangelische Omroep.
Dichterbij kon je niet zitten. Als ventje van 11 / 12 jaar zong ik al op bijeenkomsten in de Evangelisatietent van Johannes de Heer en De Morgenster-stichting (opgericht om het werk van Broeder Kits te financieren).
Johannes de Heer overleed op 16 maart 1961. Jij werd die dag 11 jaar.
Heb je iets meegekregen van zijn leven, activiteiten, radio-uitzendingen, enzovoorts?
Op mijn verjaarsfeest kwam mijn vader binnen en zei: ‘Ome Johannes is overleden.’
Ja, ik heb zeker ‘iets meegekregen’,… Alles was bij mij bekend! We leefden ermee en keken uit naar activiteiten, luisterden bij de distributie-radio naar ‘Laat ons den rustdag wijden’ van de NCRV, toen nog een Christelijke Radio Vereniging. En ja: de tentsamenkomsten, daar zong ik als ventje dus al (zie antwoord hierboven).
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
Zonder persoonlijke bekering (punt 1) GEEN verwachting van Jezus’ komst (punt 2).
Wat moet je daar immers mee, als ongelovige?
Nu nog een aantal persoonlijke vragen, omdat je bekend bent vanwege een aantal zaken:
Je bent werkzaam geweest binnen ‘Het Zoeklicht’ (dat in 1916 door Johannes de Heer zelf werd opgericht).
Kun je iets vertellen over ‘welke functie’ je binnen ‘Het Zoeklicht’ vervulde, hoeveel jaar je werkzaam bent geweest binnen ‘Het Zoeklicht’ en hoe je terugkijkt op deze periode en op jouw werkzaamheden daar?
Ik was 20 jaar het gezicht naar buiten toe. Ik organiseerde de conferenties op Het Brandpunt en alle Toogdagen en Maranatha-dagen en avonden in het land en in België.
Je nam een aantal CD’s op met Johannes de Heer-liederen en met liederen uit de bundel ‘Glorieklokken’ (van Zuster M.A. Alt).
-Hoeveel CD’s heb jij uitgebracht?
Het begon met platen (LP’s) waar er 4 van opgenomen zijn en daarna volgden vele cd’s en medewerking aan cd’s. Totaal 15 of 16.
Bij het tellen dacht ik: ‘ik vergeet er vast één’…
-Welke overeenkomsten zie jij tussen JdH- en Glorieklokken-liederen?
‘Geloof, hoop en liefde’ maar ook ‘houvast van het christelijk geloof’ en ‘de wederkomst’.
Bij Glorieklokken heeft ‘de lofprijzing’ wat meer de overhand.
Johannes de Heer is altijd ‘gewoon Nederlands Hervormd gebleven’ terwijl Zuster Alt meer zat in de kring van de Pinksterbeweging.
Als wij goed zijn ingelicht, dan heb jij één van Johannes de Heer zijn orgeltjes waarop hij zelf nog gespeeld heeft. Hoe is het in jouw bezit gekomen en gebruik je het nog regelmatig bij verschillende activiteiten?
Dat klopt. Hij speelde in de Maranatha-tent (als ik het even zo mag uitdrukken) op dit orgeltje en zong erbij. Mijn oom, Jan Kits, die later dit werk overnam, heeft dit orgeltje van Johannes de Heer gekregen om het te gebruiken in de evangelisatie-tent, waar het land mee doorgetrokken werd.
Later heb ik dit orgeltje uit familiebezit verkregen en het zal ook altijd in familiebezit blijven.
Zou je op dat orgeltje eens medewerking willen verlenen aan één of meerdere, door ons georganiseerde, Johannes de Heer-zangdiensten?
Jazeker!
Wat zou je eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen:
Het is mijn hoop dat de liederen van Johannes de Heer blijvend hun weg vinden in de samenzang binnen de gemeente van Christus en dat koordirigenten blijvend putten uit deze liederen, die oud zijn maar nieuw blijven!


Naam: Truus Wijnveen
Leeftijd: 82 jaar
Kerkelijke achtergrond: opgegroeid binnen de Gereformeerde Kerk
…nu lid van het Leger des Heils (als Heilssoldate)
Reactie ingestuurd: september 2020
Als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt,
welk Johannes de Heer lied spreekt jou dan het meeste aan?
Nummer 803. ‘Geef de Heiland ’t roer in handen’.
Ik denk dat deze woorden mij ertoe hebben gebracht om op 23-jarige leeftijd belijdenis van mijn geloof te doen in de Gereformeerde Kerk. Want de meeste, vaak jongere broers en zussen, hadden dat allang gedaan. Ik heb er veel langer over moeten nadenken!
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Vroeger, als kind, leerde ik de liederen van Johannes de Heer thuis en op school.
Bij ons, in de Gereformeerde Kerk in Ede, kwamen regelmatig militairen vanuit de kazernes de dienst bijwonen. Die militairen moesten de eerste zes weken op de kazerne blijven; ze mochten dan niet naar huis. De dominee vroeg regelmatig of er mensen waren die, na de dienst, enkele militairen mee naar huis wilden nemen voor een zondagmiddag in de huiselijke sfeer. Dan gebeurde het regelmatig dat wij (wij waren thuis al met z’n elven) samen met enkele militairen rondom het orgel Johannes de Heer-liederen zongen. Heerlijk om zo met elkaar te zingen!
Johannes de Heer overleed in 1961. Jij was toen 24 jaar.
Heb je (van thuis uit) iets meegekregen van zijn leven, activiteiten (o.a. tentsamenkomsten / zangbijeenkomsten), radio-uitzendingen, enzovoorts?
Ik bezocht wel tentsamenkomsten van het Leger des Heils,
maar eigenlijk niet van Johannes de Heer. Daar hoorde ik ook niet echt iets over.
De liederen van Johannes de Heer werden bij ons thuis, en ook op school, veel gezongen.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
‘Persoonlijke bekering’ vind ik altijd een lastig onderwerp omdat ik dan denk: ‘wanneer was dat bij mij dan?’ Ik heb het geloof van thuis uit meegekregen, iets waar ik mijn ouders nog altijd erg dankbaar voor ben, en dat geloof is eigenlijk mijn hele leven met mij verweven gebleven. Dat vind ik een grote rijkdom!
Natuurlijk heb ik ook ‘ups en downs’ gehad,… zo had ik toen ik begin twintig was een ‘tobberig geloof’.
Zonder de Gereformeerde Kerk (van die tijd) af te willen vallen, was alles nogal ‘zwaar’ en ‘ernstig’ van aard; de dominee preekte regelmatig ‘hel en verdoemenis’ om ons er maar goed van te doordringen dat het wel een ernstige zaak was en dat je wel gered moest worden.
Toen ik steeds vaker de samenkomsten van het Leger des Heils ging bezoeken (iets wat mijn ouders, met name mijn vader, niet toejuichten) leerde ik meer een God van liefde kennen.
Toen ik de liederen van het Leger des Heils hoorde (die overigens veel overeenkomen met Johannes de Heer-liederen) klapperden mijn oren voor mijn gevoel! Was dit mogelijk?!
Niets ten nadele van de 150 psalmen (die zijn ook mooi maar die werden bij ons op hele noten gezongen) klonken de liederen van het Leger des Heils vrolijk.
Deze liederen waren eenvoudig, puur, recht vanuit het hart.
Dat raakte mij (en dat raakt me nog steeds!)
Ik ben binnen het Leger des Heils eigenlijk een blijer christen geworden.
De verwachting van Jezus’ wederkomst is voor mij een actueel thema: daar zie ik naar uit!
Ik vind de wereld soms zo slecht worden, dat ik bid: ‘…laat de Here Jezus nu maar komen!’
Wat zou je eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen:
Ik vind het ‘Prijs met Johannes de Heer-project’ mooi!
Fijn dat jullie dit doen en hier zoveel tijd in investeren.
Er zijn nog altijd heel veel mensen die deze liederen erg kunnen waarderen en de JdH-zangdiensten zijn telkens weer mooi!

Naam: Rikkert Zuiderveld en Elly Zuiderveld-Nieman
Bekend van: hun LP’s / CD’s / optredens / TV-bijdragen / boeken / en nog zoveel meer.
Leeftijd: Rikkert 73 jaar / Elly 74 jaar
Kerkelijke achtergrond: christen / evangelisch
Reactie ingestuurd: juli 2020 (vlak na hun afscheidsconcerten en zomervakantie)
Als jullie naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijken,
welke Johannes de Heer liederen spreken jullie dan het meeste aan?
Nummer 256. Als op ’s levenszee (tel uw zegeningen)
Zo’n heerlijke draaiorgel-melodie en zo’n waarachtige boodschap!
Nummer 657. Ik wil zingen van mijn Heiland.
Op welk moment in jullie leven kwamen jullie in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Al vrij snel na onze bekering in 1975.
Dat was bij de “Jezuskinderen” (Kloosterburen), waar zowel uit Opwekking als uit de bundel van Johannes de Heer gezongen werd.
Johannes de Heer overleed in 1961. Jullie waren toen 14 / 15 jaar oud.
Hebben jullie iets meegekregen van zijn leven, activiteiten, radio-uitzendingen, enzovoorts?
Helemaal nooit iets van gehoord.
Bij Elly zongen ze katholieke liedjes en Rikkert is humanistisch opgevoed.
Elly’s vader speelde wel: ‘Daar ruist langs de wolken’ (JdH-33) op zijn mondharmonica.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijken jullie naar deze thema’s?
1. Daar zijn we op tot geloof gekomen: de genade, de vrijmaking.
2. De wederkomst: altijd klaar zijn voor die dag.
Wij ontdekten ook een aantal liedjes van jullie, in de geüpdatete bundel van Johannes de Heer (editie 2004).
-174. Jezus Christus, ik aanbid U, heilig is Uw Naam.
-182. Here der heren, Koning der koningen (zie ook nr. 977)
Staan er, voor zover jullie weten, nog meer liedjes van jullie in de nieuwste JdH-bundel (editie 2004)?
Die eerste 2 zijn kinderliedjes van Elly.
Nummer 990 is van ons samen (‘Jezus is de goede Herder’).
Vertalingen:
-959. Breng dank aan de Eeuwige – vertaald door Rikkert
-966. U Die mij geschapen hebt – vertaald door Rikkert
-971. Omdat Hij leeft (God heeft een Zoon) – vertaald door Elly en Marcel Koning
-985. Mijn Jezus ik hou van U, ik noem U mijn Vriend – vertaald door Elly
-996. Door Uw genade, Vader – vertaald door Rikkert
-999. Hij kwam bij ons heel gewoon – vertaald door Elly en Rikkert
Verder hebben wij, in opdracht, nog heel wat liederen vertaald waar alleen ‘Universal Songs’ bijstaat.
Wat zouden jullie eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen:
Mooi, dat jullie dit doen!
Johannes de Heer nam eenvoudige straat- en kroegmelodieën en schreef daar een nieuwe tekst op. Daarom pakte het mensen.
Dat hopen wij ook van onze liedjes.
Eenvoudig en blijvend.
Naam: Jos de Heer
Bekend van: predikant & achterkleinzoon van Johannes de Heer
Leeftijd: 64
Kerkelijke achtergrond: Protestantse Kerk Nederland (PKN)
Reactie ingestuurd: februari 2019
Als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt, welke Johannes de Heer-liederen spreken jou dan het meest aan?
Nummer 523 – Veilig in Jezus’ armen
Als predikant heb ik ontelbare rouwdiensten geleid waarin de familie koos voor juist dit lied, dat in het leven van de overleden geliefde zo’n belangrijke rol heeft gespeeld.In de eenvoudige, menselijke beelden heeft dit lied voor diepe troost gezorgd.
Iedere keer als het gezongen wordt, zie ik wat het met mensen doet: in situaties van groot verdriet, komt de steun van God binnen.
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Toen ik 7 jaar was, stond ik met enkele andere familieleden aan het sterfbed van mijn overgrootvader Johannes de Heer.
We moesten in een grote, koperen toeter aan zijn oor praten.
Hij lag er heel rustig en ook toen hebben we ‘Veilig in Jezus’ armen’ gezongen.
Dat gaf ons allen rust en vrede. Uit het feit dat deze woorden als laatste woorden op zijn grafsteen staan gebeiteld, mag blijken hoezeer die ook voor hem zelf wezenlijk waren.
Johannes de Heer overleed in 1961.
Heb je van thuis uit iets meegekregen van zijn leven, activiteiten (o.a. tentsamenkomsten / zangbijeenkomsten), radio-uitzendingen, enzovoorts?
Of ging dit aan jullie (ouderlijk gezin) voorbij?
Ik was toen nog jong maar vooral later heb ik van veel mensen, ook buiten de familie, veel verhalen en herinneringen gehoord.
Als mensen horen dat ik zijn achterkleinzoon ben, reageren ze enthousiast en gaan verhalen over Johannes de Heer (en wat ze aan hem en zijn liederen te danken hebben) vertellen.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
In het slotwoord, de bibliografie van mijn eerste boek ‘De Apocalyps van Johannes’ (Zoetermeer 1998), heb ik verwezen naar de indrukwekkende ervaring die ik had toen ik op twintig jarige leeftijd ‘Het Duizenjarig Vrederijk’ van mijn overgrootvader las en hoe ik getroffen ben door zijn diepste intentie ‘Uw koninkrijk kome’.
Het heeft ertoe bijgedragen dat ik later dus een studie en boek heb gemaakt over de openbaring van Johannes.
Nog steeds vormt dit geloof voor mij de kracht en hoop in het leven en het persoonlijk ervaren hiervan is voor mij een dagelijkse vreugde.
Omdat we onze enquête deze keer mogen voorleggen aan de achterkleinzoon van Johannes de Heer, maken we graag van de gelegenheid gebruik om nog enkele persoonlijke vragen aan je voor te leggen:
Hoe was het / is het om de achterkleinzoon van Johannes de Heer te zijn?
Wat heeft het je bijvoorbeeld gebracht en wat waren wellicht de minder fijne kanten?
Ik vind het een eer, iets om trots op te zijn dat deze man die zoveel voor anderen heeft betekend mijn overgrootvader is. Ik laat me hierdoor stimuleren en inspireren.
Ik heb er nooit negatieve aspecten aan beleefd. Juist hierom heb ik ontelbare verhalen van persoonlijke aard gehoord van mensen die iets door of met hem beleefd hebben van inspiratie en troost in hun geloofsleven met God.
De Johannes de Heer-liederen liggen regelmatig ‘onder vuur’ van critici en theologen. Men stelt dan dat de liederen ‘niet meer van deze tijd zouden zijn’ en redelijk veel theologen hebben vanaf het begin af aan al kritiek gehad op de inhoud van de liederen.
Hoe kijk jij daarnaar, als achterkleinzoon van Johannes de Heer én als theoloog / predikant?
Als je zijn liederen theologisch en kerkmuzikaal beoordeelt, valt er inderdaad wel wat op aan te merken.
Het wonderlijke is dat ze ‘werken’. Dat ze iets communiceren wat theologie en hoge kunsten bij niet iedereen tot stand kunnen brengen.
In die zin zijn ze eenvoudig, direct, inwerkend op het gevoel en dicht bij het alledaagse leven staand. Dat is toch prachtig!
Dat mensen daarin iets van Gods kracht en inspiratie ervaren, daar gaat het toch om?
Nb.
Het interview met Jos de Heer staat ook op ons Youtube videokanaal (tekst en muziek).
Klik HIER om deze video te bekijken.
Functie: initiatiefnemer en organisator van ‘Prijs met Johannes de Heer’
Leeftijd: 39
Kerkelijke achtergrond: Christen, daarnaast (gast)lid bij kerken binnen de oecumene
Reactie ingestuurd: februari 2019
Als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt, welke Johannes de Heer-liederen spreken jou dan het meest aan?
Ik moet zeggen dat ontzettend veel Johannes de Heer-liederen mij aanspreken, door hun oprechte en eenvoudige opzet. Het zijn geen literaire- en theologische hoogstandjes maar liederen die zowel recht uit het hart komen als recht tot het hart spreken.
De volgende nummers behoren tot mijn (nog veel grotere) favorietenlijst:
nummer 041 – De nacht vlood heen / ‘er is vreugde, hemelvreugde!’
nummer 019 – ‘k Ben reizend naar die stad / ‘geen smart meer daar omhoog’
nummer 017 – Als ik maar weet dat hier mijn weg, door U Heer wordt bereid
nummer 057 – Er komen stromen van zegen, dat heeft Gods Woord ons beloofd
nummer 210 – Kom tot uw Heiland, toef langer niet, kom nu tot Hem Die redding u biedt
nummer 657 – Ik wil zingen van mijn Heiland, van Zijn liefde wondergroot!
nummer 140 – Ik zie een poort wijd open staan / ‘genade Gods zo rijk en vrij…’
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Van kleins af aan hoorde ik thuis de melodieën van Johannes de Heer-liederen voorbijkomen, zodra mijn vader op het orgel speelde. Ook luisterden mijn ouders wel CD’s van koor- en samenzang, waarop ook vaak Johannes de Heer-liederen stonden.
In de kerkelijke gemeente waarbinnen ik opgroeide hoorde je deze liederen eigenlijk zelden tot nooit: tijdens de kerkdiensten zongen we slechts psalmen uit de bundel van 1938 en per dienst werd er (vaak op het eind) één gezang gezongen, van de 300 gezangen die in de bundel van 1938 na de psalmen zijn terug te vinden.
Johannes de Heer overleed in 1961.
Heb je van thuis uit iets meegekregen van zijn leven, activiteiten (o.a. tentsamenkomsten / zangbijeenkomsten), radio-uitzendingen, enzovoorts?
Of ging dit aan jullie (ouderlijk gezin) voorbij?
Ikzelf ben geboren in 1979.
Van de activiteiten van Johannes de Heer heb ik dus niets meegekregen.
Wel herinner ik mijzelf dat mijn ouders regelmatig naar het toenmalige Zendings-Diaconessenhuis in Amerongen gingen, voor Bijbelstudie, retraite en gezinsweekenden.
Tijdens die gezinsweekenden werd er veel gezongen en daar kwamen wij in aanraking met Opwekkingsliederen en liederen uit de bundel van Johannes de Heer.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
Dat die twee thema’s telkens terugkeren in de liederen van Johannes de Heer, maakt dat ik deze liederen zo ben gaan waarderen! Deze twee thema’s vormen naar mijn mening (en in mijn leven) dé basis van een persoonlijk op Jezus Christus gebaseerd geloof.
De kern van dat geloof wordt zo treffend beschreven in Johannes 3 vers 16:
Want alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een ieder die in Hem gelooft, niet verloren gaat maar eeuwig leven heeft!
Als je vanuit die basis, en vanuit dat geloof, hoopvol en verwachtingsvol kunt uitzien naar Zijn wederkomst en naar een volmaakte toekomst, dan ben je een rijk mens!
Wat zou je eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen:
Johannes de Heer-liederen worden door theologen en kerkmusici nog wel eens onder vuur genomen.
Johannes de Heer antwoordde hier destijds al zo treffend op ‘dat Gods kudde niet bestaat uit giraffen maar uit eenvoudige schapen die Zijn hand wil weiden.’ Hij zei tegen kritische theologen: ‘U hangt de korf met voedsel zó hoog, dat een eenvoudig schaap er onmogelijk bij kan.’
Ik blijf die opmerking met een glimlach citeren, zodra men richting mij kritiek op Johannes de Heer-liederen uit.
Vanzelfsprekend vind ook ik niet alle 1011 liederen even sterk van inhoud, dat mag gezegd worden. Daarnaast vragen een aantal liederen om een ‘hertaling’ omdat woorden als ‘aangerand’ en dergelijke in deze tegenwoordige tijd een andere betekenis hebben dan toen de liederen werden geschreven.
Maar,… net zo goed als alle 1011 liederen niet even sterk van inhoud zijn, zijn zij ook niet alle 1011 even slecht, gedateerd of anderszins verwerpbaar.
Naar mijn mening bevat de zangbundel van Johannes de Heer een rijke schat aan liederen die wijzen op Christus, die ons doen zingen van verlossing, waarbij ook de minder fijne kanten van het leven zoals angst, pijn, zorgen, strijd, ziekte, moeite, e.a. genoemd worden waarna altijd opnieuw troostvolle, bemoedigende woorden klinken uit het evangelie.
Die combinatie van (om in oude woorden te spreken) ‘ELLENDE – VERLOSSING – DANKBAARHEID’ vind ik terug in de liederen van Johannes de Heer, hetgeen ik nog wel eens mis in de Opwekkingsliederen van nu.
Naam: ds. Arie van der Veer
Bekend van: de Evangelische Omroep
Leeftijd: 76
Kerkelijke achtergrond: Christelijk Gereformeerd
(voorstander van de oecumene)
Reactie ingestuurd: oktober 2018
Wij vroegen ds. Arie van der Veer naar zijn favoriete Johannes de Heer-lied.
Zijn antwoord:
Lied 133 – Hij die rustig en stil… (vroeger vaak gezongen)
1. Hij die rustig en stil
zich steeds voegt naar Gods wil,
Hem in alles vertrouwt en gelooft,
die slechts hoort naar Zijn stem,
zich geheel geeft aan Hem,
smaakt een vreugde die nimmer verdooft.
Refrein:
Zie slechts op Hem,
volg gehoorzaam Zijn stem;
blijf maar rustig vertrouwen.
Altijd ziende op Hem.
2. Loeit de levensorkaan,
komt er zorg op ons aan:
’t is Zijn glimlach, die alles verdrijft.
Klagen, zuchten, geween,
vrees en twijfel gaan heen,
als wij rustig vertrouwen in Hem.
3. Wordt u moeite en strijd
door de mensen bereid:
zie op Hem: slechts Zijn blik schenkt ons moed!
Hij draagt u, ook uw kruis,
brengt straks veilig u thuis,
zorgt dat alles hier meewerkt ten goed’.
4. Blijf getrouw tot de dood,
zorg in voorspoed of nood,
dat toch nimmer het vuur in u doov’!
Wat Hij zegt, moet gedaan,
waar Hij zendt, moet gij gaan,
geen bezwaren; vertrouw en geloof.
5. O, hoe groot is ’t genot,
als men wandelt met God,
hier door ’t leven gaat, eerlijk oprecht,
als in droefheid of vreugd,
men in Hem zich verheugt,
en zijn al op ’t altaar heeft gelegd.
Kijk ook eens naar de onderstaande Youtube-video, waarin ds. Arie van der Veer uitleg geeft over Johannes de Heer-lied nr. 57 – Er komen stromen van zegen.
Naam: Dirk Jan Bakker
Leeftijd: 72
Kerkelijke achtergrond: Baptisten Gemeente
Reactie ingestuurd: oktober 2018
Het favoriete Johannes de Heer-lied van Dirk Jan:
Lied 657 – ‘Ik wil zingen van mijn Heiland’ spreekt mij erg aan, ik kom daar later even op terug.
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
In mijn kindertijd, toen ik zo’n 8-9-10-11 jaar oud was.
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Via de jaarlijkse tent-evangelisatie-samenkomsten op tweede pinksterdag in een park bij Velsen-zuid (bij IJmuiden).
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
Mijn persoonlijke bekering was op 19-jarige leeftijd via een radio-kerkdienst vanuit de Baptisten Gemeente in Den-Haag alwaar de dominee sprak n.a.v. Openbaring 3 vers 20. Daar staat: “Zie, Ik sta aan de deur en Ik klop. Indien iemand mijn stem hoort en de deur opent, Ik zal bij hem binnen komen”. (uit de N.B.G.vertaling)
Het moment kwam waarop de dominee uitnodigde om mee te bidden. Nou ik weet nog goed dat ik zei: “Ik ontsluit mijn hart en wilt U er in komen en er nooit meer uit gaan.”
Dat is toen gebeurd en ik ervoer heel veel blijdschap en een zeker weten!
Inmiddels een aantal jaren later had ik veel angst en dwang.
Dit hield ik op een gegeven moment niet meer vol en toen besloot ik om maar eens naar de Katholieke kerk te gaan. En zo gebeurde het dat ik nogal eens langs die kruisweg-staties liep, het lijden en sterven van Jezus, hetgeen toch wel veel indruk op mij maakte.
En toen, op die bewuste zondagmorgen, ergens in het land, stapte ik een Katholieke kerk binnen waar al aardig wat mensen waren. Velen zaten, sommige liepen en andere stonden nog en het was gewoon stil.
Ik liep naar voren en toen ik daar voor een groot kruisbeeld stond met Jezus eraan, toen heb ik zachtjes in mijzelf gezegd: “Is dit voor mij? Is dit voor mij? Kom binnen Heer, dank U Heer!”
Ja, de emotie was er ook en er kwam een enorme vreugde en dankbaarheid in mij los.
Dit noem ik wel mijn ‘herbekering’.
Daarvoor kon ik zingen zoals dat lied 657, maar nu kan ik het ZINGEN!
Veel intenser omdat ik het veel meer beleef en ik in de vrijheid ben gekomen.
De vrijheid van Jezus.
Ik had Hem in mijn hart maar nu is het veel inniger.
Hij was er, Hij is er en Hij zal er zijn!
Dat we voor velen een zegen mogen zijn is mijn gebed, totdat Jezus weerkomt.
Dank U God!
Wat zou je eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen:
Ik vind deze rubriek een leuk initiatief en bedankt voor deze mogelijkheid.
Veel zegen voor jullie als team en tot ziens!

Naam: Thea Jonker-Hillesum
Leeftijd: 90
Kerkelijke achtergrond: Oud-Katholiek
Reactie ingestuurd: oktober 2018
Op de vraag of Thea een favoriet Johannes de Heer-lied heeft, antwoordde Thea het volgende:
Lied 836 – ‘Op die heuvel daarginds stond een ruwhouten kruis’ maar als peuter van 5 jaar leerde ik lied 213 – ’t Scheepje onder Jezus’ hoede.
’t Scheepje onder Jezus’ hoede was eigenlijk het eerste lied dat ik überhaupt leerde zingen. Ik liep altijd te zingen, dat deed ik graag.
‘Op die heuvel daarginds’ sprak me aan, ook vanwege de mooie melodie.
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Toen mijn vader heel ernstig ziek was en in het ziekenhuis lag en mijn moeder daar moest blijven, kwam ik in huis bij m’n peetmoeder ‘tante Gradje’.
Zij was ooit op een christelijk brei-schooltje geweest en woonde in het huis van mijn Oud-Katholieke grootmoeder.
Daar stond een orgel met de zangbundel van Johannes de Heer (iets dat in Oud-Katholieke kringen totaal niet gebruikelijk was).
Ik was toen 5 jaar oud en wilde wel zingen!
Johannes de Heer overleed in 1961.
Heb je van thuis uit iets meegekregen van zijn leven, activiteiten (o.a. tentsamenkomsten / zangbijeenkomsten), radio-uitzendingen, enzovoorts?
…nooit, maar ik ging wel graag zaterdags in het dorp met mijn moeder, tijdens het boodschappen doen, bij het Leger des Heils-muziekgroepje luisteren.
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
Ik denk daar heel positief over.
Naam: Ans Hofs-Bruil
Leeftijd: 63
Kerkelijke achtergrond: Christen (daarnaast: Heilssoldaat bij het Leger des Heils)
Reactie ingestuurd: oktober 2018
We vroegen Ans naar haar favoriete Johannes de Heer-lied.
Hierop noemde Ans de volgende twee liederen:
lied 542 – Wilt gij van zonde en schuld zijn verlost. (refrein: Daar is kracht in het bloed!)
lied 19 – ‘k Ben reizend naar die stad. (refrein: Geen smart meer daar omhoog!)
Lied 542 (Wilt gij van zonde en schuld zijn verlost) zegt mij veel omdat mijn oma Heilssoldaat was en soms haar getuigenis gaf op een wel heel bijzondere manier. Ze sprong dan op en zwaaide waarschuwend met haar vinger rond bij het couplet ‘satan gaat rond als een briesende leeuw…’
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Als kind al !!!
Johannes de Heer overleed in 1961.
Heb je van thuis uit iets meegekregen van zijn leven, activiteiten (o.a. tentsamenkomsten / zangbijeenkomsten), radio-uitzendingen, enzovoorts?
Ja, bij mijn grootmoeder…
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
Deze thema’s zeggen mij dat ik door genade een waarachtig kind van God mag zijn en dat ik uit mag zien, door Zijn offer voor mij, naar een hemels paradijs!
Naam: Jacques Ros
Leeftijd: 77
Kerkelijke achtergrond: Nederlands Hervormd
(organist van ‘de Rank’)
Reactie ingestuurd: oktober 2018
Als je naar de lijst met 1011 Johannes de Heer-liederen kijkt, welke Johannes de Heer-liederen spreken jou dan het meest aan?
Liederen van geloof, genade en toekomst.
Op welk moment in jouw leven kwam je in aanraking met de liederen van Johannes de Heer?
Op de lagere school…
Johannes de Heer overleed in 1961.
Heb je van thuis uit iets meegekregen van zijn leven, activiteiten (o.a. tentsamenkomsten / zangbijeenkomsten), radio-uitzendingen, enzovoorts?
Of ging dit aan jullie (ouderlijk gezin) voorbij?
Men was hier niet positief over…
In de Johannes de Heer-liederen nemen 2 thema’s een belangrijke plaats in:
1. De persoonlijke bekering / het persoonlijk geloof dat Jezus Christus ook jou vrijmaakt.
2. De verwachting van Jezus’ wederkomst.
Hoe kijk jij naar deze thema’s / wat zeggen deze thema’s jou persoonlijk?
Die thema’s zeggen me veel en het zijn voluit Bijbelse thema’s!
Wat zou je eventueel tot slot nog willen zeggen, wat in de eerdere vragen nog niet naar voren is gekomen:
Ga zo door… (met het project ‘Prijs met Johannes de Heer’)